Andalusië 3/3: Vejer de la Frontera-Ronda-Málaga

Gepubliceerd op 14 januari 2023 om 17:46

Voor de eerste fietsdag van het nieuwe jaar, 2 januari, is regen voorspeld; vooral het binnenland gaat een flinke plens water over zich heen krijgen. We zitten vlakbij de kust (route) en hebben stiekem het idee dat we de regen voor kunnen blijven, maar daarvoor vertrekken we net iets te laat: er vallen toch al een paar druppen in Vejer de la Frontera. We dalen snel af naar de kust en zien in het noordwesten donkere regen wolken en zonnenschijn in het zuidoosten. Wij gaan naar Tarifa richting zuidoosten, dus dat zit goed en op de regenradar zien we dat Tarifa, tot de avond, 'buiten schot' blijft. Op diezelfde regenradar zien we dat Ronda de volle laag zal krijgen. Daar fietsen we later deze week over onverharde paden naartoe en we vrezen al voor modder en glijpartijen. Enfin, dat zien we dan wel, nu even dealen met deze regendag.

So far so good, althans in het begin...

 

Die regen haalt ons helaas wel in en als we opnieuw de regenradar van Weather Channel checken zien we dat we geen enkele kans maken: we gaan een nat pak halen en waarschijnlijk blijft het zelfs de hele dag door plensen. 

Een Murphy's law momentje: er is een koffietent waar we kunnen stoppen maar dan stopt de regen ook en als we doorfietsen gaat het waarschijnlijk heel hard regenen. Dat laatste wordt waarheid: we fietsen door en het hoost!

 

Bij een volgende koffietent stoppen we wel. We zijn inmiddels compleet doorweekt en kunnen net zo goed doorfietsen maar we een kop warme koffie gaat er wel in. De mensen op het overdekte terras lachen ons uit c.q. lachen ons toe als we onze schoenen omkiepen en sokken uitwringen. We lachen naar ze terug. Zou het stoppen met regenen? Terwijl we binnen in het café ons aan een café con leche warmen, lijkt de regen inderdaad een beetje minder te worden. We vertrekken nadat we de tweede café con leche hebben genuttigd. Het regent minder hard, maar droog is het nog allerminst. Op de straat zijn echter overal 'rivieren' ontstaan; nog geen regenafvoer op deze wegen. 

 

Over de tweede helft van de etappe van vandaag kunnen we lang of kort zijn maar in beide gevallen gaat het over (nat) zand en (nat) zand. Oh ja, en over heel veel lopen naast de fiets. De regen is daarentegen - tegen de regenradar voorspellingen in - zo goed als opgehouden.

 

Waar is mijn voorwiel??


We evenaren ons langszaamheidsrecord: we doen net geen uur over 5 kilometer. We ploeteren voort want aan het eind van deze dag en even zo goed aan het eind van Europa, ligt Tarifa ons op te wachten. 

Harry's camouflagewiel pruttelt sinds enkele dagen licht latex wat een gaatje impliceert en er moet wat latex bij al lijkt het nu goed dicht te zitten. Tarifa heeft een fietsenzaak (met fietssturen aan de muur als ware het jachttrofeeën) en dat blijkt niet het enige juweeltje in dit stadje: het oude centrum is leuk, het strand prachtig en we vinden er een fijn hotel zonder personeel en een prima restaurant. De stad is een leuke mix van locals, surfdudes, wandelaars, campervolk en twee fietsers. Het bruist zonder toeristische hotspot te zijn. Tarifa, stadje aan het eind van Europa, is een echte aanrader!

 

De volgende dag zoeken we als bijna elke dag een ontbijttentje op waar vooral/alleen locals komen. Na een lekkere tostada springen we op de fiets en fietsen op asfalt over de zeer rustige CA 9210 eerst terug naar het noorden voordat we afbuigen en het Park National Los Alcornocales infietsen en dat betekent kurkeikenbossen en dat is ook het enige wat we te zien krijgen. De fietsen krijgen na een eerste klim een pauze tegen de kurkbomen. Al knabbelende aan onze bananen komen we tot de conclusie dat we kurkboomgaarden mooier vinden dan de olijfboomgaarden: de bomen staan lukraak en veel dichter op elkaar, hebben geen irrigatie nodig en je hebt het idee door een echt bos te fietsen. Of is het een echt bos met inheemse bomen? Wij weten het niet.  

De weg is goed verhard met grind en prima te fietsen; het blijft min of meer parallel aan de hoogtelijnen lopen en er hoeft minder geklommen te worden dan het eerdere stuk over het asfalt.

 

Langzaam klimmen we toch van 200 naar iets van 450 meter hoogte totdat we uiteindelijk een prachtig uitzicht hebben op de Middellandse Zee met aan de overkant Marokko/Afrika. Geweldig! We buigen af naar het noorden en het uitzicht draait met ons mee zodat we een prachtig uitzicht hebben op de baai Van Gibraltar/Algeciras en de rots van Gibraltar. Gedurende de laatste klim van vandaag rijgen we de miradors aan elkaar.

 

Zicht op Marokkaanse berg Jebel Musa. 

Zicht op de Britse enclave Gibraltar.

 

Op het hoogste punt van de dag, de Puerto de la Higuera op iets van 570 meter hoogte, staat ook een bordje met de naam Monte Comares wat we vertalen als 'kom maar es' en direct vrolijk beantwoorden met 'we gaan maar es', maar niet voordat we van het prachtige uitzicht hebben genoten.

 

Bij het afdalen kunnen we niet altijd van het uitzicht genieten en wordt de aandacht opgeëist door de rotsige ondergrond

 

In de 15 kilometer lange afdaling blijft het genieten van de vergezichten op Marokko, Gibraltar en natuurlijke omgeving met de overal aanwezige kurkbomen. De dagetappe eindigt in Los Barrios, een stadje iets landinwaarts ter hoogte van de grote (lelijke) havenstad Algeciras. Harry is daar ooit geweest en hoeft er niet weer naartoe, dus die stad laten we rechts liggen. Los Barrios is ook geen parel maar het ligt op de route en het heeft een hotel enigszins in de periferie met enigszins tegenvallende reviews met ernaast een pizzeria met juist uitstekende beoordelingen. We mogen de fietsen meenemen in de kamer en togen na achten vol hoop en honger naar een helaas gesloten pizzeria. Het restaurant zit in een stadion voor stierengevechten en in de ring verderop zit gelukkig nog een restaurantje, maar met beduidend lagere reviews. We lopen toch naar binnen, want we zitten immers aan de rand van de stad. We doen ons best om Spaans te spreken en de ober doet zijn best om Engels te spreken. We begrijpen elkaar nauwelijks maar krijgen het voor elkaar om te bestellen. Opnieuw zwemt de salade in de saus en is het allemaal niet zo lekker maar we zijn hongerig en dat maakt rauwe bonen zoet, zullen we maar zeggen. 

 

Ooievaarsland


Op de onverharde wegen zien we regelmatig mountainbikers. Maar vandaag zien we veel wegwielrenners en dan met name op het vlakke fietspad langs de Rio Guadarranque. Veel bijzonderder is het grote aantal ooievaars, het moeten honderden zijn! Op iedere mast en paal (en dat zijn er veel hier in de vrij industriële omgeving) is een nest gebouwd, maar ook sommige bomen herbergen vele nesten als een appartementencomplex met meerdere verdiepingen.

 

De Eurovelo 8 route loopt even samen op met de Transandalus tot Castellar de la Frontera. Dat heeft een oud gedeelte (Castellar Viejo) bij het kasteel en in de burcht hoog op de heuvel en een nieuw gedeelte (Castellar Nuevo) iets van 10 kilometer eerder en lager gelegen. Viejo ligt op een heuveltop van ruim 200 meter hoog, een stuk hoger dan het omliggende laagland. Wij gaan met de Transandalus naar Viejo, dus langs het kasteel en denken daar boven in het oude deel, ergens in de schattige witte straatjes binnen de burcht, wel een kop koffie te doen als beloning voor de klim naar het kasteel. Vanuit het dal op iets van 40 meter hoog, maken we ons op voor een pittige korte klim naar iets van 230 meter hoogte. Bovenaan gekomen, met de tong op de schoenen, fietsen we de burcht in en speuren de straatjes af naar een koffietentje of iets dergelijks. Helaas, er is niets en we fietsen nog een keer heen en weer en drukken nog maar eens een foto af van het typische Andalusische straatje. Zonder koffie, maar een hoop gratis extra hoogtemeters rijker, dalen we de andere kant van de heuvel af waarbij het asfalt snel plaatsmaakt voor een vrij technisch onverhard pad.

 

Castellar Viejo de la Frontera

 

Donde es het koffietentje?


Na de afdaling loopt de route langs een spoorlijn en riviertje. Het is grotendeels goed te fietsen maar er zijn een aantal plekken waar we met moeite doorheen komen: blubber. Na een aantal glibberpartijen houden we het voor gezien en gaan op de naastgelegen weg verder. 

En nu?

 

Niet te doorkruisen en ook niet langs te passeren modderpoelen zorgen voor een hoop vertraging, klompvoeten en stiekem ook wel (met moeite) een glimlach


Jimena de la Frontera blijkt weer zo'n Andalusische dorp te zijn dat onderaan een kasteel hangt. En het kasteel staat altijd op een strategisch hoog punt en het dorp ligt (dus) op een steile helling. Het hostal dat we op het oog hebben heeft geen kamer voor ons en daardoor blijft als enige acceptabele optie een heel huis over voor eigenlijk te veel geld. Het huis blijkt echter geweldig en elke cent waard te zijn. Het uitzicht vanaf de bank in de woonkamer is onvergetelijk mooi, maar rond half zeven gaat de zon onder en steken we de haard aan. We hebben een heerlijk avondje op de bank met eten uit eigen keuken. Enige smetje is de waarschijnlijk slechthorende Britse buurman die tot diep in de nacht een nieuwszender aan heeft staan en na even uit te hebben gezet de knop in de vroege ochtend weer heeft gevonden om de rust te verstoren. 

Vanuit onze casa is de weg uit Jimena de Frontera te steil om te fietsen en we beginnen de dag met een stukje fiets duwen door het dorp. Als het hellingspercentage weer onder de 12 % zakt springen we dankbaar voor deze gratis kuiten-workout en warming up weer op de fiets. Daarna volgt een mooie asfaltweg, zonder enige auto, gevolgd door een onverhard pad door het kurkbomenbos, dat (nog steeds) deel uitmaakt van het Parque Natural de los Alcornocales. Het gaat flink omhoog naar 870 meter wat naast een zeer traag tempo en een hoge hartslag een geweldig uitzicht op de bergen voor ons oplevert. 

Begin van de beklimming 

 

Halverwege...

 

Sommige bomen zijn een een waar schouwspel op zichzelf

 

Op de top (zo ongeveer dan: deze berg had meerdere toppen)

 

Even hartslag naar beneden brengen op een vlak stuk

 

De laatste kilometers van de geweldige afdaling zijn zelfs asfalt (of wat daar voor moet doorgaan) en met kramp in de handen van het constant remmen stoppen we in El Colmenar waar we, naar blijkt, aan het onderste eind van het dorp een kamer hebben met een eigen voortuintje en ramen met een hor. Daar hangt 's avonds een kater in, die we op straat hadden aangehaald en die graag bij ons naarbinnen wil. De volgende ochtend moeten we meerdere keren dezelfde kat uit de kamer jagen, die steeds naar binnen glipt als wij onze spullen aan de fiets hangen. 

Drie wijzen en hun gevolg proberen hinderlijk achtervolgende kinderen uit te schakelen door gericht te gooien met snoep

 

Reyes wordt op 5 januari gevierd en lijkt op het Nederlandse sinterklaasfeest gemixt met carnaval. Kinderen krijgen kadootjes en worden vanuit een praalwagen bekogeld met snoep. 

6 januari is Harry's verjaardag. We willen er een mooie dag van maken zonder geloop naast de fiets en hebben daarom besloten om de onverharde wegen te mijden maar wel 500 meer gratis hoogtemeters te scoren. De onverharde route loopt langs een rivier en op Komoot staan waarschuwingen dat het moeilijk is met de fiets en we verwachten veel modder omdat het pad naast een rivier ligt en het kort geleden erg heeft geregend. We gaan het wat hoger op zoeken en dat betekent heel veel hoogtemeters: iets van 1900 vandaag.

 

Direct al vanuit El Colmenar mogen we 500 hoogtemeters wegtikken naar het witte (ja natuurlijk; what else) dorp Gaucín, waar we koffie drinken. We praten een hele tijd met een Noors stel die al meer dan 20 jaar in dit prachtig dorpje wonen. Ze zien er super gelukkig en relaxed uit en planten een zaadje in ons hoofd. Daarna klimmen we door, dalen af en klimmen weer door.

 

Zicht op het alleraardigst dorpje Gaucin, gelegen op 610 meter hoogte en natuurlijk tegen een helling geplakt

 

Na Gaucín klimmen we door naar de Puerto del Espino op 840 meter hoogte

 

.

Zicht op Algatocín op ruim 700 meter hoogte, natuurlijk tegen een helling geplakt

 

Uiteindelijk fietsen we dik boven de 800 meter en vlak voor het dorp Atajate buigen we af naar het westen en beleven een van de mooiste afdalingen door een nauwe kloof naar het dorp Jimena de Libar in het dal van de Rio Guadiaro. We steken dezelfde rivier en spoorlijn over die we vanochtend bij El Colmenar vaarwel hebben gezegd. Vanuit dit dal, deze kloof, is het weer flink klimmen. Tja die 1900 hoogtemeters moeten wel ergens gescoord worden en we zijn er nog lang niet.

 

Hoog tegen de wand van de kloof van de Rio Gualdiaro, op de Avenida de Ronda

 

Afdalend door het dorpje Benaoján, natuurlijk tegen een helling geplakt, naar het dal van de Rio Guadiaro

 

De finale van de klimpartij is de klim uit de kloof bij Ronda, die voor een groot deel zo steil is dat deze niet te fietsen is. Een halve kilometer duwen we de fietsen naar boven, maar de andere helft lukt het ons om fietsend af te leggen. Bovenaan ligt een druk terras en we menen enkele waarderende blikken te ontdekken, terwijl we onze hartslag weer onder controle proberen te krijgen. 

Lopend bij >20%. Ronda ligt bij uitzondering niet tegen een helling geplakt, maar bovenop een plateau dat gesplitst wordt door een diepe kloof, met daarboven de beroemde brug van Ronda, een toeristische trekpleister

 

Fietsen als het maar even kan...

 

In hartje Ronda vinden we een enorm groot en modern appartement waar de fietsen kunnen staan en we ons kunnen opfrissen om dan eindelijk Harry's verjaardag te vieren. Proost!

 

In de volgende bijzonder koude ochtend mogen we ons opwarmen door Parque Natural Sierra de las Nieves (wat betekent 'van de sneeuw', maar sneeuw ligt er niet al is het in de ochtend wel fris met zo'n 6 graden) in te fietsen. 

De beklimming vanuit Ronda was regelmatig zeer steil

 

Onderweg maken we tijd voor een satirisch “Instagrammetje”. In de verte Ronda dat op iets van 700 meter hoogte ligt

 

Verder buffelen...

 

De klim is bijzonder pittig, maar het lukt ons om in het zadel te blijven. Op de top, de Puerto de Life op iets van 1150 hoogte, trekken we nat van het zweet, warme kleren aan voor de lange en diepe afdaling; nog niet wetende dat die afdaling nog inspannender wordt dan de beklimming.

De afdaling ziet er “doenbaar” uit. Het uitzicht is geweldig. Let’s go!

 

Nog steeds te fietsen...

 

We zijn echter nauwelijks aan de afdaling begonnen als we de weg stopt en we door een weiland met schaapjes verder moeten. Na dat weiland loopt geen weg maar een steil wandelpad of beter geitenpaadje met grove grote stenen en omwille van onszelf en de fiets besluiten we te gaan lopen en dat blijkt uiteindelijk zo'n 4 kilometer lang te zijn. Niet voor het eerst en zeker niet voor het laatst dalen we langzamer af dan we de berg zijn beklommen.

 

Niet meer te fietsen...

 

 

Pas onderaan is een heel klein stukje te fietsen en direct daar volgt een steile helling omhoog die zelfs te voet verschrikkelijk zwaar is. Gelukkig komen we al snel op een weg uit die niet alleen eindelijk weer fietsbaar is maar ook 8 kilometer geweldig mooi in dit Parque Natural door een kloof slingert naar het dorpje El Burgo. Na dit dorpje volgen we weer opnieuw een heerlijk pad, over een flinke top, naar het dorp Ardales. De afdaling naar Ardales is geweldig: goed te doen: niet te rotsig en niet te steil, dus remmen los en dit keer geen kramp in de handen. We krijgen ook ruimte van de uitzichten en vergezichten te genieten.

 

In het (opnieuw leuke en natuurlijk witte) dorpje Ardales hebben we een appartement gereserveerd voor 2 nachten om de vermoeide benen wat rust te gunnen, een wasje te draaien, Netflix te kijken op een megagrote TV en vooral niet in de voor morgen voorspelde regen te fietsen. Natuurlijk is ook Ardales tegen een helling aangeplakt en we dalen iets te ver door naar het riviertje Rio Turón om daarna over een afstand van een paar honderd meter 80 meter hoogte te overwinnen. Maar dankzij deze gratis hoogtemeters smaakt het biertje op het gezellige centrale pleintje des te meer! 

Als we de maandagochtend opstaan zijn de steile straten van het dorpje nat geregend en dat betekent oppassen geblazen. We maken gebruik van een ontbijt met café con leche, zumo de naranja en een pitufo (geroosterd broodje met tomaat, kaas en ham) voor maar € 3 pp. Als we weer buiten staan is de hemel open getrokken, maar het zal vandaag wisselvallig blijven.

Van Ardales naar El Chorro is maar iets van 17 kilometer. We hebben eerder overwogen om van Ronda naar El Chorro te fietsen en dus Ardales als overnachting over te slaan. Blij dat we dat niet hebben gedaan, want het kost ons iets van 3 uur om die 17 kilometer te overbruggen. Zowel bij de beklimming als (veel vaker) bij de afdaling naar het dal/kloof van El Chorro moeten we lopen, maar oww wat is het mooi!! 

 

Geen problemen hier, alleen genieten

 

Uitzicht op de overkant van de beroemde kloof van de Rio Guadalhorce, bekender van het wereldberoemde wandelpad "Caminito del Rey"

 

Nog te doen in het zadel

 

Lekker stuk (van de afdeling)

 

Soms mis je de geveerde voorvork

 

Technischer en technischer

 

Uiteindelijk toch afstappen, het wandelpad is niet meer te fietsen, maar het blijft genieten

 

Ook al wordt er hier gelopen, het is raadzaam om je helm op te houden

 

El Chorro ligt in een diep dal op iets van 200 meter hoogte. De beklimming het dorp uit is enorm pittig; we zigzaggen over de volle breedte van de weg om de hellingshoek iets te verminderen. Ons beoogde doel vandaag is het stadje Antequera en daar houden we ons aan totdat de steeds donker wordende wolken in de bergen beginnen te lekken en de tegenwind steeds heftiger wordt. Na Antequera willen we morgen afdalen naar Málaga, maar op een schuilplaats tijdens een bui, net ten noorden van Valle de Abdalajís, heroverwegen we die optie. We kunnen door de regen, kou en tegenwind nog 21 kilometer naar Antequerra het noorden klimmen, of we dalen (grotendeels) af met de wind mee richting het zonniger Álora, 19 kilometer naar het zuiden. We kijken naar het noorden en zien alleen maar gitzwarte wolken; we kijken naar het zuiden en zien zon...

 

Het wordt Álora dat inderdaad een stukje lager ligt, maar waarvoor we toch twee heuveltjes mogen bedwingen tussen het afdalen. Uiteindelijk zijn we afgedaald tot een hoogte van honderd meter als we het stadje zien bovenop... ja natuurlijk, een heuvel. We steken de Rio Guadalhorce over en zijn uiteindelijk weer iets van 150 gratis hoogtemeters rijker als we neerploffen op een leuk terras met lekker bier. Na deze beloning checken we in bij een hostel met privé badkamer en super dakterras. Lang kunnen we niet van dat terras genieten, want de buien uit de bergen bereiken ook Álora. In de regen lopen we naar een eettentje dat ook tijdens de voor hier rare uren tussen 18 en 20 uur, de keuken heeft geopend. We genieten van verschillende hapjes terwijl de regen op de terrasoverkapping klettert. Bij het afrekenen schrikken we een beetje van de superlage prijzen.

We gaan de ronde door Andalusië bijna afronden en kunnen via een tip van een fietser op Komoot nog een goede zware laatste etappe doen: een gravelrit met enkele steile hellingen. We weten alleen niet van welke kant af de tipgever de route heeft gedaan. We dalen natuurlijk eerst weer af naar 100 meter en verheugen ons op de klim naar weer bijna 600 meter. Maar als we eenmaal begonnen zijn, blijkt de helling geregeld veel te steil te zijn om in het zadel te blijven, met name voor Harry die achter over minder tandjes beschikt. Als we uiteindelijk bovenop aankomen bij het kerkje met de drie kruizen gaan we er van uit dat de tipgever vanuit de andere kant de beklimming heeft gedaan. Vanuit die kant staat de weg vol met aanmoedigingen op het asfalt (ja inderdaad, nauwelijks gravel hier).

 

Toch ook stukken onverhard op de beklimming; meestal een goed teken, want minder steil

 

Aangebrachte textuur in het grove beton voor grip vanwege de helling.

 

Laatste hoogtemeters

 

Bovenaan het kerkje (Ermita de las Tres Cruces)  waar we even op adem komen en ons warm aankleden voor de afdaling

 

Málaga ligt nog bijna 40 kilometer fietsen van ons af, maar is goed te zien vanaf de top

 

Ook deze afdaling is heerlijk: veel bochten (uitkijken voor tegenliggers!) en vergezichten

 

We zijn in Málaga, het beginpunt van onze vakantie en route. Iets van melancholie komt bij ons binnen: we willen niet stoppen, we willen niet naar huis; maar beseffen ook dat we een heerlijk fietstocht hebben gedaan, met bijna altijd mooi weer, door een unieke regio waar we van zijn gaan houden. Daar zijn we dankbaar voor. We hebben nog twee nachten voordat we voor de laatste nacht weer bij Jesús vlakbij het vliegveld aankloppen waar we ook de eerste nacht hebben verbleven. Jesús heeft onze fietsdozen opgeslagen. De keuze voor overnachtingsplekken is in Málaga reuze, met veel aanbod aan appartementen en studio's. We hebben een leuk appartement midden in het historische centrum uitgekozen. De fietsen zijn welkom, gewoon in het appartement; we hebben anders meegemaakt.

 

Het is 10 januari en de Kerstweken zijn voorbij, maar de kerstversiering zijn nog prominent aanwezig is de hoofdwinkelstraat van Málaga

 

Málaga bruist, in ieder geval hier in het oude centrum. Het is een grote stad, op Sevilla na de grootste van Andalusië en op vijf na de grootste van Spanje. Verder komt hier zo'n beetje alle toeristen voor Andalusië en de Costa del Sol binnen gevlogen. Het uitgaansleven is dus best levendig en de oordopjes (van Harry) kwamen weer eens van pas. Het weer is heerlijk en we besluiten de resterende twee dagen langs de kust te fietsen: eerst naar het noordoosten naar Torre del Mar en op dag twee naar het zuidwesten naar Fuengirola. Terugkomend van Fuengirola pakken we een biertje bij een aardig tentje in de periferie van Torremolinos. We zijn van Andalusië gaan houden en zouden wellicht best een huisje willen zoeken, maar beslist niet aan deze Costa en zeker niet in Torremolinos met al die Nederlandse, Duitse en Engelse pensionadas die (voor zover wij inschatten) weinig moeite doen om iets van de de cultuur en taal over te nemen. 

 

Ach ja, nog een nagespeeld "Instagrammetje" 

 

Adíos Andalucia!

 

Na het biertje kloppen we aan bij Jesús, hij onthaalt ons hartelijk: het lijkt bijna gisteren dat we hasta luego hebben geroepen, wat is deze tocht intens en geweldig geweest en daarom(?) snel voorbij gegaan. Voor de volgende ochtend staan de fietsdozen klaar en heeft Jesús een ruime taxibus geregeld die klokslag 11 uur arriveert. 

De terugreis loopt, ondanks deze vrijdag de 13e en in tegenstelling tot de heenreis (en volledig in tegenstelling tot de terugreis vorig jaar vanaf de Canarische Eilanden), volledig op rolletjes. Fietsen makkelijk in de dozen, fietsen makkelijk ingecheckt, geen vertraging bij opstijgen en landing, fietsen snel in elkaar op Eindhoven en uiteindelijk zonder regen met een dikke wind in de rug in no time weer thuis.

 

Als slot nog wat etappegegevens en de afgelegde route, vinden wij (Harry met name) altijd leuk om terug te lezen.

 

dag naar kilometers hoogtemeters
18 dec. Riogordo 51 1125
19 dec. Alhama de Granada 48 1215
20 dec. Granada 71 925
21 dec. Granada  0 0
22 dec. Alcalá la Real  61 1030
23 dec. Jaen 68 1595
24 dec. Baena  79 945
25 dec. Córdoba  62 720
26 dec. Córdoba  0 0
27 dec. Fuentes de Andalucia 88 685
28 dec. Sevilla 83 420
29 dec. El Rocío 77 300
30 dec. Jerez de la Frontera  78 320
31 dec. Vejer de la Frontera  81 600
1 jan. Vejer de la Frontera  0 0
2 jan. Tarifa 61 585
3 jan. Los Barrios  65 1060
4 jan. Jimena de la Frontera  52 795
5 jan. El Colmenar 45 1100
6 jan. Ronda 55 1900
7 jan. Ardales  50 1050
8 jan. Ardales 0 0
9 jan. Alora 48 1125
10 jan. Malaga  44 830
11 jan. Torro del Mar en terug 66 200
12 jan. Fuengirola en terug  56 200
Totaal 1389 18725